De linker helft van het huis, van nr 279 -281

Een dubbel 17de-eeuws koopmanshuis - twee woningen - Keizersgracht 279 is 6,20 m en Keizersgracht 281 is 6,22 m. breed.

Dit hele huis, 279-281, is oorspronkelijk gebouwd door Kilian van Rensaelaer - zie ook Keizersgracht 275. Deze helft, Keizersgracht 279 is in 1675 eigendom geworden van Marten van der Hem.

In 1740 zijn beiden huizen, Keizersgracht 279-281, verkocht door de procureur Martinus Bogaert.

Omstreeks 1780 worden beide helften eigendom van de bekende notarisfamilie Commelin, die ze nog bewoont in 1857.

In 1873 wordt deze helft bewoond door Jan Herman Richard, notaris.

De brede voorgevel met middenrisaliet heeft een frontispiece, elke verdieping wordt onderbroken door een cordonlijst en heeft kozijnen met een omlijsting en ontlastingsbogen. Verder heeft het huis twee stoepen.

In 1899 wordt het huis in zijn geheel op de veiling van 23 oktober aangeboden. Het wordt verkocht voor f 41.800,- + f 8.000,- aan F.A. Verbeek. Verbeek of de eigenaar waarvoor hij het gekocht heeft, heeft blijkbaar een sloopvergunning georganiseerd, want nu komt het pand opnieuw op de veiling, maar nu als afbraakpand. Zie ook de bijgaande advertentie. De veiling in "Franscatie" 19 februari 1900 wordt het verkocht voor f 45.000,- + f 500 aan opslag,- aan L. Rabbie.

In 1900 is het hele huis, Keizersgracht 279-281 samen met het buurhuis Keizersgracht 283 afgebroken voor het nieuwe bankgebouw voor H. Oyens & Zonen.